HOME INLEIDING OPDRACHT VERWERKING BRONNEN AFSLUITING DOCENT
 

De kleine bevolkingsgroepen in Suriname


Naast de grote bevolkingsgroepen
, die in deze webquest uitvoerig zijn beschreven, kent Suriname ook nog een paar kleine bevolkingsgroepen die toch een duidelijk stempel hebben gedrukt op de Surinaamse samenleving: Chinezen, Joden, Libanezen en boeroes.

Chinezen in Suriname


Een oude Chinees in Suriname
Fotograaf Conrad Friederich Albert Bruijning, 1957

De Chinezen vormen maar vijf procent van de Surinaamse bevolking. Als je in Suriname over straat loopt zal je echter het idee krijgen dat de Chinese groep heel erg groot is. Dit komt omdat het grootste gedeelte van alle winkels in Chinese handen is. Chinezen kunnen dan ook als echte handelaren worden gezien.

De Chinezen in Suriname komen vooral uit de Zuid-Chinese provincie Guangdong. Zij zijn in de 19e eeuw naar Suriname gekomen als contractarbeiders. De nazaten van deze contractarbeiders zijn inmiddels opgegaan in de andere bevolkingsgroepen en zijn werkzaam in de meer intellectuele beroepen. Deze groep spreekt goed Nederlands en ze zijn hun Chinese taal vaak verleerd.


Chinese immigranten familie,
Julius Eduard Muller ca. 1885-1894

De Chinezen die tegenwoordig naar Suriname komen, zoeken meestal werk in een (ambachtelijk) bedrijf, of de handelssector. Ze schrikken niet van lange werktijden en willen een redelijk bestaan voor hun gezin opbouwen. Helaas integreren deze nieuwe Chinezen slecht in de Surinaamse samenleving. Veel Chinezen blijven vasthouden aan hun eigen taal en leren geen Nederlands. Ze kunnen dan onmogelijk de Surinaamse actualiteit volgen. Op tv wordt vooral Nederlands gesproken en ook de kranten zijn Nederlandstalig.

Religie
Tot ongeveer 1960 hebben veel Chinezen zich aangesloten bij de rooms-katholieke kerk. Deze kerk was vooral aantrekkelijk omdat katholieke kinderen gemakkelijker toegang kregen tot scholen en een betere begeleiding kregen bij hun studie. Tempels voor de eigen religieuze stromingen zijn er niet. Toch houden Chinezen wel vast aan eigen tradities. Een voorbeeld hiervan is de voorouderverering. Op Chinese feestdagen kan je bij de Chinezen mooi vuurwerk zien en worden er traditionele dansen opgevoerd.

Verenigingsleven
Veel Chinezen hebben zich aangesloten bij verenigingen waar de Chinese cultuur in stand wordt gehouden. Zo worden bij deze verenigingen cursussen Chinees gehouden en worden er verschillende sporten en gokspelen beoefend. Op de Chinese feestdagen organiseren deze verenigingen bijeenkomsten en feestelijkheden.


Het verenigingsgebouw Kong Ngie Tong aan de Dr Sofie Redmondstraat.

Vooral Chinezen die tegenwoordig vanuit China overkomen naar Suriname hebben veel baat bij dergelijke verenigingen. Via de vereniging kunnen ze zich in Suriname thuis voelen.
Er is ook een Chinese krant in Suriname die aandacht schenkt aan het Surinaamse en het buitenlandse nieuws. Zodoende krijgen ook de slecht geïntegreerde Chinezen toch informatie over wat er in Suriname gebeurt.

De Chinese keuken
Behalve van het Chinees vuurwerk zijn Surinamers ook fan geworden van de Chinese keuken. Als je in Suriname over straat loopt is de kans erg groot een Chinees restaurant of eettentje tegen te komen. Verschillende specialiteiten van de Chinese keuken zijn zo goed in Suriname ontvangen dat ze nu zelfs als typisch ‘Surinaams’ gezien worden. Daarnaast hebben Chinezen de kunst geleerd van Surinaamse gerechten als ‘boyo’, ‘pom’, ‘zoutvlees’ en ‘kwie-kwie’ (een vis).

Joden
Bij het ontstaan van de koloniën hebben Joden een grote rol gespeeld. Vanaf het einde van de vijftiende eeuw werden in Spanje en Portugal slachtingen uitgevoerd onder de Joden en werden velen van hen verbannen uit hun land. Zo werden er in 1492 ruim 800.000 Joden uit Spanje verjaagd. Veel van hen vluchtten naar Amerika, dat in dezelfde periode was ontdekt door Columbus. Hier probeerden de Joden een nieuw bestaan op te bouwen zonder vervolgingen en slachtingen.

De geschiedenis van de Joodse kolonisten in Suriname begint in de tweede helft van de zeventiende eeuw. Toen de Engelse edelman Willoughby zich in 1652 als eerste kolonist in Suriname vestigde, nam hij een aantal Joodse kolonisten mee uit Barbados. Deze kolonie was te klein geworden en in Suriname werden nieuwe plantages opgericht die door de Joodse kolonisten beheerd werden.

In 1664 kregen deze eerste kolonisten gezelschap van Portugese Joodse kolonisten uit Brazilië. Deze Joden hadden zich oorspronkelijk gevestigd in Pernambuco aan de kust van Brazilië, dat in handen van de Hollanders was. Toen Pernambuco werd heroverd door de Portugezen trokken deze Joodse kolonisten naar Suriname omdat ze door de Portugezen vervolgd werden.


De Jodensavanne door P.J. Benoit, 1830

De Joden werden met open armen in Suriname ontvangen. De kolonie, die toen in Engelse handen was, had grote behoefte aan kolonisten en de Joden hadden grote ervaring met plantagelandbouw. De Joodse kolonisten vestigden zich voornamelijk bij Jodensavanne, wat het centrum werd van de Joodse gemeenschap. Later zou dit centrum naar Paramaribo verschuiven. Veel Joden ruilden toen de plantagelandbouw in en voor een beroep als koopman, winkelier, arts of advocaat. Tegenwoordig zijn de meeste Joden vermengd geraakt met andere bevolkingsgroepen. Er is dan ook vrijwel geen sprake meer van het uivoeren van religieuze en culturele activiteiten.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog, werden Joden weer ernstig vervolgd. Toen bleek dat Joden in haast geen enkel Europees land meer veilig waren zijn er zo'n 500 joodse mensen, vooral vanuit Nederland, naar Suriname gevlucht.


Op de foto de grootste Synagoge van Suriname. Dit Joodse gebedshuis staat in Suriname probleemloos naast de grootste moskee van het land in de Keizerstraat . Waar anders in de wereld zie je deze godsdiensten als vredige buren van elkaar?

Boeroes
Boeroes zijn de afstammelingen van Nederlandse boeren die halverwege de 19e eeuw naar Suriname zijn geëmigreerd. In deze periode werd in de Nederlandse kolonies de slavernij afgeschaft, waardoor een tekort aan arbeidskrachten zou ontstaan. Daarnaast wilde het gezag het Europese karakter van de Nederlandse kolonie versterken. Een volksplanting van Nederlandse boeren leek daarom een goede oplossing.


Familie Van Loor. De Tweede en derde generatie van de Hollandse boerenkolonisten uit 1845

In 1845 kwam het eerste schip in Paramaribo aan, met aan boord zeventien gezinnen. Later volgde nog een andere groep met twaalf gezinnen, waarmee het totaal aantal personen op 400 kwam.

De boeren kregen grond aangewezen rond het dorpje Groningen. De grond was echter nog niet in cultuur gebracht (bos gekapt en grond klaargemaakt om te zaaien), de huizen waren nog niet afgebouwd en levensmiddelen en drinkwater waren niet aanwezig. Toen er ook nog een epidemie uitbrak onder de Nederlandse kolonisten overleed meer dan de helft van de boeroes. Veel van hen verkochten hun land en gingen zich in Paramaribo vestigen. Tegenwoordig zijn zij net als de Joden vermengt geraakt met andere bevolkingsgroepen.

Libanezen
De Libanezen vormen in Suriname een erg kleine groep. Tegenwoordig zijn er waarschijnlijk slechts 500 bewoners Libanees, ongeveer 0,1 procent van de gehele bevolking. Ondanks dit kleine aantal zijn de Libanezen met hun succesvolle handelsondernemingen duidelijk zichtbaar in Paramaribo. Een goed voorbeeld hiervan is de Beirouth Bazaar.


Prof. Ad de Bruine deed een studie en schreef een boek over hoe de Libanezen zich in Suriname ontwikkeld hebben.

De Libanezen staan bekend om hun grote drang naar migratie. Meer dan de helft van alle Libanezen woont buiten Libanon. Een klein gedeelte van al deze migranten kwam in Suriname terecht. De eerste Libanezen kwamen rond 1890 naar Suriname. De Libanezen waren vooral afkomstig uit Bazhoen, een christelijk dorp. In Suriname sloten zij zich aan bij de rooms-katholieke kerk.

De Libanezen hebben zich in Suriname heel nadrukkelijk als importeur en in de textielbranche gespecialiseerd.

Toen de Libanezen naar Suriname kwamen werd er alleen binnen de eigen bevolkingsgroep getrouwd. De laatste tijd worden er ook veel ‘gemengde’ huwelijken gesloten, waardoor de Libanese bevolkingsgroep steeds meer opgaat in de Surinaamse samenleving. Het is zelfs zo dat er tegenwoordig onder de Libanese Surinamers bijna niemand nog Arabisch spreekt.

Terug